Dit is een fijn- tot grofkorrelige natuursteen die voornamelijk bestaat uit kwarts, veldspaat en glimmer. Met name in de derde ijstijd is met het landijs veel graniet uit Scandinavie in zuidelijke richting vervoerd. Uit kleinere veldkeien kon men onregelmatig muurwerk metselen. Grote granietblokken werden gespleten en kantrecht gemaakt om ze tot muren te kunnen verwerken. Zwerfkeien dienden ook als fundering voor kerken en torens.